Gisteren werd door oud-minister Jet Bussemaker van de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) het rapport gepresenteerd; De derde levensfase: het geschenk van de eeuw.
Het is een advies over mensen in de derde levensfase die een bijdrage willen leveren aan de maatschappij maar tal van drempels tegenkomen. De RVS omschrijft de derde levensfase als de periode na pensionering tot ongeveer het 75ste of 80ste levensjaar, wanneer mensen nog gezond zijn.
Een deel van die groep wil graag doorwerken in zijn eigen beroep, dus later met pensioen gaan. Maar een ander deel heeft geen probleem om te stoppen met de bestaande baan, maar wil wel een waardevolle bijdrage blijven leveren aan de samenleving. Het maatschappelijk potentieel van deze groeiende groep ‘jongere’ ouderen is groot aldus de RVS en moeten we benutten.
Het is heel nuttig dat de RVS aandacht vraagt voor deze groeiende groep die de maatschappij nog zoveel te bieden heeft en het is goed aan te kaarten dat er belangrijke wettelijke drempels die belemmeren dat ouderen langer door kunnen werken. Maar een deel van deze groep jongere ouderen levert wel degelijk al een belangrijke bijdrage aan onze maatschappij, bijvoorbeeld in de aanvullende mantelzorg bij kwetsbare ouderen.
Organisaties voor aanvullende mantelzorg, zoals Saar aan Huis, bieden ondersteuning aan ouderen die thuis wonen en eenzaam zijn of hulp kunnen gebruiken.
Die ondersteuning wordt gegeven door betrokken ‘Saars’. Dat zijn in veel gevallen precies die jongere ouderen in de derde levensfase waar de RVS het over heeft. Mensen die graag een steentje willen bijdragen aan de maatschappij en ook nog wat willen verdienen. Zij hebben levenservaring, zijn vaak zelf mantelzorger geweest en weten wat kwetsbare ouderen nodig hebben. Door de ondersteuning van Saars krijgen thuiswonende ouderen meer aandacht, bijvoorbeeld door samen boodschappen te doen, te koken of met een Saar naar een arts te gaan.
Door de aanvullende mantelzorg professioneel te organiseren kunnen jongere ouderen die nog willen werken of maatschappelijk actief willen zijn tegen betaling, hun talenten te benutten. Dit is het maatschappelijk potentieel waar de RVS naar verwijst en die zich al voor een deel inzet als Saar. Deze Saars dragen bij aan het ondersteunen van ouderen die thuis willen (en van de overheid moeten) wonen. Daarnaast ontlasten ze ook overbelaste mantelzorgers, zoals de kinderen of naasten. Deze sector kent geen arbeidstekort zoals die elders in de zorg bestaat.
Organisaties voor aanvullende mantelzorg, zoals Saar aan Huis met 35 vestigingen in heel Nederland, dragen wezenlijk bij aan het oplossen van grote maatschappelijke problemen omdat ze ook bijdragen aan het beheersen en verlagen van de zorgkosten. De ervaring leert dat welzijn voor zorg gaat. Als kwetsbare ouderen zich prettig voelen, doen ze minder snel een beroep op medische zorg. Minister Hugo de Jonge zei in een interview: ‘Elke week dat een oudere later een beroep doet op medische zorg, scheelt dat de overheid heel veel geld.
In het rapport van de RVS worden tal van problemen opgesomd die de mensen in de derde levensfase kunnen tegenkomen en hun activiteiten belemmeren: cao’s die betaald werken uitsluiten en de kostendelersnorm die ontmoedigend werkt. De overheid kan die drempels wegnemen. Ondertussen denken wij liever in oplossingen: in praktische oplossingen die werken.
Wilt u meer weten over aanvullende mantelzorg van Saar aan Huis? Vul dan het aanvraagformulier in! Wij nemen zo spoedig mogelijk contact met u op voor een intakegesprek.
Particuliere aanvullende mantelzorg op maat. Voor wie langer prettig thuis wil blijven wonen.