Dit is Sytske, 2 dagen per week is ze invalkracht op een basisschool voor een groep kleuters. Daarnaast werkt ze verspreid over de week een aantal dagdelen bij Saar aan Huis. Daar biedt ze mantelzorgondersteuning aan mensen die dat kunnen gebruiken.
Sytske neemt ons deze week mee:
Vanochtend ga ik eerst naar mevrouw B. Iedere week kom ik een ochtend bij haar: ‘Sille we efkes kofjedrinke? Dat fyn ik altyd sa gesellich’, zegt ze als ze me binnen laat. Ons gezamenlijke klusje is wekelijks de maaltijdlijst invullen. Mevrouw bewaart het speciaal voor het moment dat ik kom. Even kletsen we over wat er op de lijst staat en dan kiest ze natuurlijk het lekkerste uit de lijst. Samen zetten we het in de agenda, want “dan weten de kinderen ook wat ik heb uitgezocht.”, aldus mevrouw.
Als het niet regent, gaan we daarna wandelen. We hebben de keuze uit een klein of iets groter rondje en passen de route aan aan de fitheid van mevrouw. Iedere week komen we onderweg steevast langs de bloeiende passiebloemen. Daar genieten we beide van. Soms lukt het ook nog om langs de tuin met de prachtige paarse bloemen te lopen. Dan hebben we helemaal een goede dag. Tot slot doe ik ook nog wat praktische klusjes voor mevrouw en dan zit mijn bezoek er op; ‘Tot volgende week’!
‘De laatste tijd komt het wel eens voor dat ze de hort op gaat’
’s Middags pak ik de auto en ga ik op weg naar mevrouw De K., die alleen woont in een aanleunwoning. Als ik het parkeerterrein oploop, zie ik haar al zitten. Ik zwaai en mevrouw zwaait enthousiast terug. ‘Gelukkig’, denk ik, ‘ze is thuis’. De laatste tijd komt het wel eens voor dat ze de hort op gaat. Op zich geen probleem, ware het niet dat ze sinds kort niet altijd meer weet
waar ze woont. Dat is voor haar zelf, maar ook voor de familie spannend. We gunnen mevrouw haar zelfstandigheid en denken na over een hulpmiddel wat hierbij kan helpen.
De deur zwaait open en ik krijg een warm welkom: ‘wat fijn datsto der bist. Ik kin hjir hast gjin minsken. Kom der yn’.
Ik vraag haar of ze zin heeft met me op pad te gaan. Haar ogen beginnen te twinkelen: “jazeker”. Mijn vraag waar ze graag nog eens naartoe zou willen buigt ze heel slim om: “jij hebt vast wel een voorstel”.
En zo rijden we met de auto richting de zeedijk. Het is de omgeving die mevrouw op haar duimpje kent, weet ik inmiddels. Onderweg waaien we heerlijk uit en trakteren we onszelf op een kopje koffie. De tijd vliegt voorbij. Mevrouw geniet en ik ook.
Kilometers maken op de duofiets
Twee dagen later spreek ik af met meneer V. met wie ik wekelijks ga fietsen op de duofiets. We hebben al heel wat kilometers afgelegd. Meneer heeft dementie. Voor hem is deze middag een schot in de roos: “Mei sok waar moat je der gebrûk fan meitsje. Goed yn beweging bliuwe. En witst, it is noch gesellich ek.” We praten over van alles. Meneer heeft altijd van die mooie metaforen. Als ik ze kan onthouden, deel ik ze in een whatsapp bericht met zijn kinderen. Vaak stuur ik ook een foto van onze fietstocht en wat we onderweg tegen komen. De kinderen kunnen zo, wanneer ze bij hun vader op bezoek komen, met hem over zijn belevenissen praten.
‘Mensen echt zien en in hun waarde laten, een glimlach op het gezicht toveren’
Waarom ik het werken als Saar zo mooi vind? ‘Ik geniet van het kunnen geven van één-op-één aandacht die aansluit bij de wensen en interesses van de persoon. Mensen echt zien en in hun waarde laten, een glimlach op het gezicht toveren, dat is waar ik het voor doe. Daarnaast is het heel fijn om te merken dat ik de mantelzorgers, of dat nu de kinderen, een partner of andere familie is, echt ontlast door er te zijn.’
Wilt u meer weten over aanvullende mantelzorg van Saar aan Huis? Vul dan het aanvraagformulier in! Wij nemen zo spoedig mogelijk contact met u op voor een intakegesprek.
Particuliere aanvullende mantelzorg op maat. Voor wie langer prettig thuis wil blijven wonen.